Noem het 'urban wastelands', 'terrains vague' of, gewoon in eenvoudig Nederlands, braakliggende terreinen; rommelige, onbestemde plekken die maar al te graag een unieke positie innemen in het verder zo schone en gestructureerde stedelijk landschap van Nederland. Al dan niet voorzien van historische en leegstaande gebouwen vormen ze voor de één een doorn in het oog, terwijl de ander maar wat graag op zoek gaat naar de vergane glorie van dergelijke locaties. En terecht, want hoewel ze afgesloten of door velen niet gezien (willen?) worden zijn het juist deze locaties die gekenmerkt worden door verborgen kwaliteiten - locaties die een waardevolle aanvulling kunnen vormen op ruimtelijke en praktische invulling van de hedendaagse stad.
Om de een of andere reden, die we misschien ook zelf nog niet helemaal begrijpen, lijkt zich binnen FOAM langzaam maar zeker een voorliefde te ontwikkelen voor dergelijke onbestemde, ruwe en chaotische plekken. Waar de architectonische wereld rondom ons dagelijks weer verrast met nieuwe bouwprojecten, het een nog grootser dan het ander, proberen we ook de ogen niet te sluiten voor deze unieke plekken in de verder zo schoongeveegde stad. Plekken waar de sporen van het verleden nog zichtbaar zijn, waar controlering en regulering nog geen grip hebben op haar gebruikers. Plekken die nog heel even 'van mij', 'van jou', en misschien wel 'van ons' kunnen zijn.
Het meest recente werk van FOAM, 'Het kleine Geluk', betreft een strategie en ontwerp voor een dergelijke locatie aan de Zuidelijke IJ-oevers van Amsterdam. Het Stenen Hoofd, een oude pier in het IJ met het door MVRDV ontworpen Silodam (bijna) als haar buurman, houdt zich dapper staande binnen de ontwikkeling van de IJ-oevers die in een razend tempo worden volgebouwd, waarbij alle lucht en open ruimte uit het gebied lijken te verdwijnen. "Kan het Stenen Hoofd behouden blijven voor het publieke domein?" was de vraag - 'Het kleine Geluk' geeft het antwoord. Door middel van subtiele ingrepen wordt gezocht naar nieuwe betekenis en waardering voor de plek in haar huidige vorm en worden plekken gedefinieerd die aan de één hun kwaliteiten tentoon kunnen stellen en door de ander spontaan in gebruik genomen kunnen worden. Als een creatieve vrijplaats in het IJ vormt het Stenen Hoofd een plek waar nog alles kan en alles mag; een plek waar morgen alles anders is.
Op zoek naar de bijna onzichtbare schoonheid van het alledaagse en de maatschappelijke betekenis van het incidentele toont 'Het kleine Geluk' dat het er niet om gaat of je groter, mooier, duurder of beter bent dan de ander. Klein, ingetogen, wild en stil laat het zien hoe mooi je ook kunt zijn, als je bescheiden blijft.